Menselijke zorg

In Nederland hebben we het geluk dat we kunnen ‘shoppen’ in de zorg. We kiezen onze eigen arts, beslissen naar wie we worden doorverwezen en passen onze zorgverzekering aan op wat we denken nodig te hebben. Op papier klinkt dat als een ideaal systeem.

Toch hoor ik in het nieuws vooral over wat er misgaat. Fraude, personeelstekorten, hoge werkdruk, bezuinigingen – de problemen stapelen zich op. En het lastige is: zodra het ene wordt aangepakt, verergert het andere weer. Neem fraude als voorbeeld. Om dat tegen te gaan, moeten zorgverleners steeds meer administreren. Maar die papierwinkel zorgt voor stress, minder werkplezier, en uiteindelijk: uitstroom van personeel. Zo versterkt het ene probleem het andere.

Het resultaat is een systeem dat complexer wordt, waarin oplossingen onbedoeld nieuwe problemen creëren. Hoe behouden we dan het ‘shoppen’ in de zorg, zonder dat het systeem eraan onderdoor gaat?

Een ander voorbeeld. Iets waar ik me vaak aan heb gestoord, is de eerste sessie bij een nieuwe psycholoog. In plaats van ruimte voor je verhaal, krijg je een vragenlijst voorgeschoteld. Op basis van je antwoorden volgt een diagnose – nodig om überhaupt zorg vergoed te krijgen. Maar die diagnose heeft gevolgen. Er hangt een vast aantal sessies aan vast, en zodra die op zijn eindigt het traject. Of je dan daadwerkelijk geholpen bent, lijkt soms bijzaak. Met al die regeltjes lijkt de menselijkheid soms wel uit de zorg te zijn verdwenen.

En die menselijkheid is wat die zorg juist nodig heeft. Tijdens ons bezoek aan de Woenselse Poort vertelde Sandra Verkennis openhartig haar verhaal over haar zoon en haar ex-man: allebei verslaafd, allebei het foute pad opgegaan. En dat kan iedereen overkomen.

In een documentaire over het werken in de gevangenis hoorde ik een bewaker iets zeggen wat me is bijgebleven: “Je zit sneller in het Huis van Bewaring dan dat je de loterij wint.” En ik geloof hem direct. Een verkeerde keuze kan het begin zijn van een neerwaartse spiraal.

Stel je voor: je bent op een feestje, een vriend biedt je een pil aan. Je neemt hem aan – gewoon, voor de ervaring – en je hebt een fantastische avond. Je belooft jezelf het bij ‘af en toe’ te houden. Maar die avonden zijn zo leuk, dat je steeds opnieuw wil. Langzaam verandert het van iets vrijblijvends in iets noodzakelijks. Zonder drugs voelt een feestje als leeg. En op een dag voelt zelfs het leven zonder drugs leeg.

Maar dan is het geld op. Wat eerst ondenkbaar leek, wordt ineens logisch: een beetje stelen, misschien iets smokkelen. Je begint te liegen, te manipuleren, om je omgeving gerust te stellen. Voor je het weet, ben jij die ene persoon waar mensen over zeggen: “dat overkomt mij niet.”

En dat is precies het punt: het kan iedereen overkomen. Juist daarom is die mensgerichte, toegankelijke zorg zo belangrijk. Niet alleen op papier, maar in de praktijk. Want achter elk dossier schuilt een mens. Zoals Sandra zei: “Luisteren lost een hoop op.

Op papier klopt ons zorgsysteem vaak wel. Maar in de praktijk blijkt hoe kwetsbaar het is. Hoe snel mensen tussen de mazen van het systeem kunnen vallen, en hoe moeilijk het is om daar weer uit te komen.

Zorg draait uiteindelijk om mensen. Om luisteren, begrijpen, begeleiden. Niet om vakjes afvinken, niet om tijdslimieten en cijfers. Als we die menselijkheid blijven inruilen voor regels, gaan we voorbij aan waar zorg echt over gaat. Want iemand op het juiste moment echt zien, kan voorkomen dat ze voorgoed verdwijnen in een systeem dat was bedoeld om hen op te vangen

Scroll to Top